Koffie

“Één flat white mét havermelk en een glaasje water, en voor meneer een Americano, zwart… …uhm… meneer?” De serveerster wacht op antwoord. Ik ben afgedwaald en moet van ver komen: “Koffie? Ja. Koffie. Lekker. Dankjewel.” M’n tafelgenoot verslikt zich in haar havermelk van het lachen. “Het is goed te zien dat het nuchtere leven je niet minder dromerig heeft gemaakt.”

De eerste dagen van een verslaafde terug in de maatschappij kenmerken zich door één ritueel in het bijzonder: kopjes koffie drinken. Met ouders, met vrienden, met collega’s, met buren en met verre vrienden. Heel veel kopjes koffie. Ik drink zo veel koffie en ben zo klaar met cafeïne dat ik overweeg ook met deze ‘laatste drug’ te stoppen. Maar goed: mensen willen weten hoe het met me gaat en dus zit ik hier op een hip terras voor een hip tentje op een hip plein.

Hoe leg ik uit dat ik een maand lang samen met 10 mede-verslaafden weggestopt was in een afgelegen landhuis, verstoken van nieuws, telefoon, muziek, geliefden en – het is bijna onmenselijk – sportuitslagen? Met mensen zo verschillend van mij dat ik dacht dat ze me nooit zouden begrijpen, maar nu meer van mij weten dan mijn eigen moeder. Hoe vertel ik mijn verhaal? Je zou denken dat je hier beter in zou worden, maar niets is minder waar: hoe moeilijker jouw koffie, hoe moeilijker ik uit mijn woorden kom.

Voordeel van verslaafd zijn is trouwens dat iedereen aanneemt dat je blut bent, financieel aan de grond zit en nog net niet onder een brug slaapt. Maak ik dankbaar gebruik van. Ik heb deze week acht bezoekjes aan verschillende koffiehuisjes gebracht en heb welgeteld nul keer mogen betalen. Hoogtepunt hiervan is dat ik tijdens het pinnen voel hoe iemand ‘stiekem’ geld in mijn broekzak probeert te proppen. Vertedering en irritatie vechten om voorrang.

Ondertussen arriveert de vriend van mijn tafelgenoot. Twee functioneringsgesprekken op één kop koffie; dat is winst. Hij is onlangs als barista begonnen en speelt zijn rol als koffiesnob met gevoel voor zelfspot: “Over koffie kun je gewoon net zo interessant doen als over wijn Gino, misschien wel interessanter!” Dit lijkt mij heel sterk. Ik mag een alcoholist zijn, maar wel ééntje met een bepaald eergevoel. Moet ik nu onder de indruk zijn van een bakkie Perla-pleur? Dacht het niet. De opmerking van de barista raakt me alsof een oude vriend beledigd wordt en ik hem moet verdedigen. Waarom wil ik mijn meedogenloze gijzelnemer nu in bescherming nemen? Waarom mis ik hem plotseling? Wat is dit voor een verknipt stockholmsyndroom?Over deze gedachten kan ik beter mijn mond houden – dit snappen ze nooit.

Die avond fiets ik langs het kanaal naar een meeting. Ik ben murw van al het vertellen afgelopen dagen. Het is zondag en rustig op straat. De zon zakt zwijgend achter een brug. Dat is fijn, ik ben sociaal even op. Gelukkig hoef ik dadelijk niets uit te leggen, daar snappen ze het gewoon. Tijdens meetings schenken ze ook gewoon filterkoffie uit een grote thermosfles in een papieren beker. Dat snap ik in ieder geval.


Wij helpen bij verslaving.
Heb jij hulp nodig?

020 – 231 00 00
Hulp aanvragen
Chat met ons

Stel jouw vraag
  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
© 2024 GGZ Interventie | Beelden van Pexels.com of eigen beelden

Nu hulp

Bel ons